Alles wat je moet weten over vakantiedagen

  1. Recht op vakantiedagen
  2. Recht op extra vakantiedagen
  3. Opnemen en vaststellen van vakantiedagen
  4. Verval van vakantiedagen
  5. Vakantiedagen en ziekte
  6. Vakantiedagen kopen of verkopen
  7. All-in loon voor kleine dienstverbanden

1. Recht op vakantiedagen

Medewerkers die onder de cao Retail Non-Food cao vallen hebben standaard recht op 24 vakantiedagen (182,4 uur) bij een fulltime dienstverband van 38 uur. Medewerkers die onder de module Tuinbranche vallen hebben recht op 25 vakantiedagen (190 uur) bij een fulltime dienstverband van 38 uur. Medewerker die onder de module Wonen vallen hebben recht op 25 vakantiedagen (185 uur) bij een fulltime dienstverband van 37 uur per week.

De medewerker bouwt zijn vakantierechten van dag tot dag op. Formeel gezien krijgt een werknemer dus niet aan het begin van het jaar een aantal vakantiedagen toegekend.

Vakantie-uren met behoud van loon
25 vakantiedagen per jaar is gelijk aan een percentage van 9,61538 over de gerealiseerde uren. Gerealiseerde uren zijn gewerkte uren, vakantie-uren maar ook ziekte-uren. De werknemer bouwt dus over elk betaald uur 0,0961538 vakantie-uren op.

Uitgangspunt bij de berekening van het percentage vakantie-uren is een werkweek van 38 uur:

Totaal aantal vakantie-uren per jaar op basis van de cao = 190 uur
38 uur x 52 weken =  1976 uur verloonbaar per jaar
190 / 1976 = 0,0961538
Voor het berekenen van het percentage vermenigvuldigd u met 100 = 0,0961538%


Over elk betaald uur wordt er 9,61538% aan vakantie-uren opgebouwd.
Voorbeeld: Een werknemer die 24 uur per week werkt, werkt op jaarbasis (24 x 52 weken =) 1248 uur per jaar. De berekening is dan als volgt, 1248 x 0,0961538 = 120 vakantie-uren per jaar.

Een andere wijze van berekenen is door het aantal uren per week te delen door 38 (fulltime werkweek) maal 25 (aantal vakantiedagen) maal 7,6 (gemiddeld aantal uur per dag bij een dienstverband van 38 uur per week). De berekening is dan als volgt, 24 / 38 x 25 x 7,6 = 120 vakantie-uren per jaar.

Vakantie-uren voor kortdurende werknemers, waaronder vakantiewerker
De cao is niet van toepassing op de arbeidsovereenkomst met een medewerker die niet beroepsmatig kortdurend werk doet, waaronder een vakantiewerker (zie artikel 1 cao). Een vakantiewerker  is een scholier/student die tijdens zijn schoolvakanties/collegevrije periode maximaal 8 weken werkt (zie artikel 2 cao). Dit maakt dat het wettelijk minimum vakantiedagen geregeld in artikel 7:634 Burgerlijk Wetboek van toepassing is.

Je kunt op twee manieren de wettelijke vakantiedagen berekenen:

Procentuele basis
Het wettelijk aantal vakantiedagen per jaar is minimaal 4 keer het aantal werkdagen per week ofwel 4 weken, dit is gelijk aan een percentage van 7,6923 over de betaalde uren. De werknemer bouwt dus over elk betaald uur 0,076923 vakantie-uren op.

Voorbeeld: Een vakantiewerker die 25 uur per weekt werkt gedurende 8 weken heeft recht op (25 x 0,076923 x 8 weken = ) 15,38 vakantie-uren.

Uitgangspunt bij de berekening van het percentage vakantie-uren is een werkweek van 38 uur:

38 x 4 = 152 wettelijk minimum vakantie-uren 
38 uur x 52 weken =  1976 uur verloonbaar per jaar
152 / 1976 = 0,076923
Voor het berekenen van het percentage vermenigvuldigd u met 100 = 7,6923%


Over elk betaald uur wordt er 7,6923 % aan vakantie-uren opgebouwd.
Bij het berekenen van het percentage maakt het overigens niet uit of u deze op basis van 38 uur, 24 uur of 10 uur berekend.

Niet-procentuele basis
Op grond van lid 1 heeft een vakantiewerker die 200 uur heeft gewerkt gedurende 8 weken ofwel ( 200 / 8) 25 uur per week gedurende genoemde periode recht op (25 x 4 / 52 weken x 8 weken =) 15,38 vakantie-uren.

Extra werken
Als de medewerker op basis van een vakantiejaar meer werkt dan zijn basisuren, dan worden over het meerdere ook vakantie-uren opgebouwd, tenzij de plusuren conform artikel 4 in tijd worden opgenomen.

2. Recht op extra vakantiedagen

Medewerkers die in dienst waren voor 1 januari 2019 en op 1 januari 2019 ouder zijn dan 50 of langer in dienst zijn dan 25 jaar hebben, naast hun normale aanspraak op vakantiedagen, ook recht op extra vakantiedagen gebaseerd op cao afspraken uit de voorgaande cao: de cao Fashion, Sport & Lifestyle die liep van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2018. De aanspraak op extra vakantiedagen die deze groep had op 31 december 2018 blijft voor deze medewerkers bestaan. Was de medewerker bijvoorbeeld op 31 december 2018 58 jaar oud dan heeft de medewerker aanspraak op extra vakantie-uren gelijk aan 2/5 van het aantal basisuren per week.

Vanwege leeftijd
De medewerker met een leeftijd van:

  • 50 tot 55 jaar heeft recht op extra vakantie-uren gelijk aan 1/5 van het aantal basisuren per week
  • 55 tot 60 jaar heeft recht op extra vakantie-uren gelijk aan 2/5 van het aantal basisuren per week
  • 60 jaar of ouder heeft recht op extra vakantie-uren gelijk aan 3/5 van het aantal basisuren per week, tenzij er sprake is van aanpassing arbeidsduur conform artikel 10. In dat geval vervallen deze extra vakantie-uren.

De medewerker bouwt de extra vakantie-uren op per vakantiejaar.

Vanwege lengte dienstverband
De medewerker met een dienstverband van:

  • 25 tot 40 jaar heeft recht op extra vakantie-uren gelijk aan 2/5 van het aantal basisuren per week;
  • 40 jaar of meer heeft recht op extra vakantie-uren gelijk aan 4/5 van het aantal basisuren per week.

De medewerker bouwt de extra vakantie-uren op per vakantiejaar.

Samenloop extra vakantie-uren
Als de extra vakantie-urenregeling wegens leeftijd samenloopt met de extra vakantie-urenregeling wegens de duur van het dienstverband, dan geldt alleen de regeling die voor de medewerker het gunstigst is. Als de medewerker gebruikt maakt van zijn recht op aanpassing arbeidsduur zoals beschreven in de cao, dan komt zijn aanspraak op de extra vakantie-uren te vervallen.

3. Opnemen en vaststellen van vakantiedagen

Een werknemer heeft de mogelijkheid en het initatief om vakantie aan te vragen. Dit gebeurt veelal schriftelijk. Een werkgever heeft de verplichting om binnen twee weken te reageren op het verzoek, doet hij dit niet dan wordt de vakantie vastgesteld conform de wensen van de werknemer.

Bij de bepaling van het aantal op te nemen uren bij (een) vakantie(dag), wordt in beginsel uitgegaan van het aantal uren dat de medewerker volgens zijn rooster zou werken.

Is er geen rooster vastgesteld, dan is het aantal op te nemen vakantie-uren in de betreffende week gelijk aan het aantal uren per week dat de medewerker gemiddeld in de laatste 13 weken, voorafgaand aan de vakantie, heeft gewerkt. Wanneer die referteperiode niet representatief is, wordt uitgegaan van de laatste 52 weken voorafgaande aan de dag van de vakantie.

De medewerker heeft per kalenderjaar recht op twee weken aaneengesloten vakantie.

Er kunnen zwaarwichtige bedrijfsbelangen zijn om een vakantie aanvraag te weigeren. Deze weigering dient binnen de termijn van twee weken schriftelijk kenbaar te worden gemaakt aan de werknemer. Als de werkgever de vakantieaanvraag van de werknemer op grond van zwaarwichtige redenen afwijst, dan moet hij de werknemer wel een alternatief aanbieden dat vergelijkbaar is met de oorspronkelijke vakantieaanvraag.

Als zich in de onderneming onvoorziene omstandigheden voordoen waardoor de werknemer niet kan worden gemist, dan heeft de werkgever de bevoegdheid om op zijn eerdere instemming met de vakantieaanvraag van de werknemer terug te komen. De werkgever moet hiervoor wel zwaarwichtige redenen hebben. Of de werkgever de werknemer mag vragen om hier mee in te stemmen is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Als de vakantie wordt ingetrokken is de werkgever gehouden om eventuele annuleringskosten te vergoeden.

Een werkgever is niet verplicht een werknemer een voorschot op zijn vakantiedagen te geven. De werknemer die een maand heeft gewerkt, heeft niet het recht om dan al twee weken vakantie op te nemen. Vaak zullen werkgevers coulant zijn en het de werknemer toestaan om de vakantiedagen die hij nog niet heeft opgebouwd al op te nemen. Maar werkgevers mogen het verzoek van een werknemer om vakantiedagen die nog niet zijn opgebouwd op te nemen wel weigeren.

Verplichte vrije dagen
Op basis van de cao is het voor de werkgever mogelijk om verplichte vrije dagen aan te wijzen: in overleg met de ondernemingsraad (OR) kunnen maximaal 2 collectieve vakantiedagen per jaar als verplichte collectieve vakantiedagen worden aangewezen. Als er geen OR binnen de onderneming is, dan dient afstemming met de medewerkers plaats te vinden.

Collectieve vrije dagen worden gebruikelijk aangewezen rondom Carnaval, de dag na Hemelvaartsdag, Sinterklaasavond, Kerstavond, Oudejaarsavond of een verbouwing. Afwijkingen per vestiging en locatie zijn hierbij mogelijk (artikel 8 cao Retail non food).

In de module voor de woondetailhandel is bepaald dat de werkgever in overleg met zijn werknemers of de OR maximaal drie weken collectief verlof kan vaststellen. Werkgevers in vloerenlegbedrijven mogen hun werknemers verplichten om tussen Kerstmis en Nieuwjaar vrij te nemen, als er dan door de sluiting van bouwnijverheids- bedrijven niet gewerkt kan worden (artikel 3 Vakantiedagen).

Aanvullende afspraken
In een personeelsreglement kunnen aanvullende afspraken worden gemaakt over de aanvragen van bijvoorbeeld de zomervakantie waarbij er bijvoorbeeld rekening wordt gehouden met de volgorde van aanvraag (wie het eerst komt, wie het eerst maalt), of de medewerker kinderen heeft (gebondenheid aan schoolvakanties) en mogelijk ook met toekenning in een bepaalde periode in het voorgaande jaar.

Ook is het mogelijk om in een personeelsreglement periodes aan te geven waarin er in beginsel geen vakantie kan worden aangevraagd. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan de periode in aanloop naar de feestdagen waarbij het erg druk is en er een volledige bezetting nodig is binnen de winkel(s).

4. Verval van vakantiedagen

Als er wordt gesproken over vakantiedagen, dan is daarbij vrijwel altijd een onderscheid tussen wettelijke vakantiedagen en bovenwettelijke vakantiedagen. De wettelijke vakantiedagen zijn op fulltime basis de eerste 20 dagen. De dagen die een medewerker daarboven opbouwt zijn bovenwettelijk.

Werkt een medewerker bijvoorbeeld 24 uur en heeft hij aanspraak op 115,2 vakantie uren dan is daarvan 96 uur wettelijk (4x wekelijkse arbeidsduur) en 19,2 uur bovenwettelijk.

Wettelijke vakantiedagen vervallen een half jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd. Zo vervallen de wettelijke vakantiedagen over 2018 op 1 juli 2019. De wettelijke vakantiedagen vervallen niet als de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest om de vakantiedagen op te nemen.

Bovenwettelijke vakantiedagen vervallen vijf jaar na het jaar waarin de aanspraak is ontstaan.

Voor de opname van vakantiedagen geldt overigens dat eerst de uren worden opgenomen die als eerst zouden komen te vervallen.

Van de werkgever wordt verwacht dat hij een correcte en accurate administratie bijhoudt van de opgenomen en opgebouwde vakantiedagen. Met de verschillende vervaltermijnen en verjaringstermijnen is het zaak om goed bij te houden of een toegekende vakantiedag een wettelijke of bovenwettelijke dag is. Dit kan kosten schelen bij langdurige dienstverbanden.

5.Vakantiedagen en ziekte

Ook een arbeidsongeschikte werknemer heeft recht op volledige vakantieopbouw tijdens zijn ziekte, mits hij recht heeft op loon tijdens zijn ziekte.

Wachtdagen
In geval van ziekte van de werknemer kan er een wachtdag worden ingehouden. Over een wachtdag hoeft de werkgever geen loon te betalen. Deze wachtdag mag worden verrekend met bovenwettelijke vakantie-uren. Er kunnen per jaar maximaal vier wachtdagen met vakantie-uren worden verrekend of worden ingehouden op het loon. Als een medewerker binnen vier weken wederom ziek is, mag er niet nogmaals een wachtdag worden ingehouden omdat er dan sprake van een samengetelde ziekteperiode.

Normaliter wordt de eerste dag dat de medewerker ziek is aangemerkt als wachtdag. In het geval dat de medewerker ziek naar huis gaat kan de eerstvolgende volle ziektedag aangemerkt worden als wachtdag.

Vakantie tijdens ziekte
Conform de cao worden de dagen die zieke medewerker met vakantie gaat afgeboekt van het vakantietegoed als de medewerker toestemming heeft gekregen om op vakantie te gaan.

De medewerker heeft daarvoor een verklaring van geen bezwaar nodig van de bedrijfsarts, de toestemming kan door de werkgever worden verleent als de vakantie geen belemmering oplevert voor de genezing.

Ziekte tijdens vakantie
Als een medewerker tijdens zijn vakantie ziek wordt dan moet hij dit zo snel mogelijk melden aan de werkgever. Na terugkeer kan de werkgever, in overleg met de bedrijfsarts, beslissen over teruggave van vakantiedagen. De werknemer dient hiervoor een medische verklaring te overleggen waarin de duur, aard en behandeling van de arbeidsongeschiktheid zijn vermeld.

6. Vakantiedagen kopen of verkopen

Verkopen van extra vakantiedagen
De medewerker mag in april maximaal 4 bovenwettelijke vakantiedagen van het voorgaande jaar verkopen. Voor parttimers dient het aantal naar rato te worden berekend. De vakantiedagen worden tegen de waarde van het loon inclusief vakantietoeslag en opbouw aan vakantiedagen verkocht.

Voor de berekening hiervan dient het salaris over de te verkopen vakantiedagen te worden vermenigvuldigt met 1,17. In de woon- en tuinbranche dient het salaris over de te verkopen vakantiedagen vermenigvuldigt te worden met 1,176.

Kopen van extra vakantiedagen
De medewerker heeft recht om in april maximaal vier extra vakantiedagen te kopen. Voor parttimers dient het aantal naar rato te worden berekend. De vakantiedagen worden tegen de waarde van het loon inclusief vakantietoeslag en vakantiedagen gekocht. Voor de berekening hiervan dient het salaris over de te kopen vakantiedagen te worden vermenigvuldigt met 1,17. In de woon- en tuinbranche dient het salaris over de te verkopen vakantiedagen vermenigvuldigt te worden met 1,176.

Hou er rekening mee dat in de maand dat de verrekening met het loon plaatsvindt, in ieder geval gemiddeld minimaal het minimumloon over de gewerkte uren wordt uitbetaald. Een oplossing kan zijn om de verrekening plaats te laten vinden in mei wanneer het vakantiegeld wordt uitbetaald, zodat er meer ruimte is voor verrekening . Indien de werknemer in dezelfde kalenderjaar de gekochte dagen niet opneemt, worden de dagen tegen dezelfde waarde voor 31 december uitbetaald. 

7. All-in loon voor kleine dienstverbanden

Vakantie-uren bij all-in afspraak (zie artikel 4.1 cao)
Een all-in afspraak houdt in dat het maandsalaris inclusief vakantietoeslag (8% van het bruto maandsalaris) en vakantiedagen wordt uitbetaald. Een all-in afspraak is niet in alle gevallen toegestaan. Het is alleen toegestaan (gedoogd) bij werknemer met een klein dienstverband. Een aandachtspunt daarbij is dat de afspraak duidelijk is opgenomen in de arbeidsovereenkomst en dat uitbetaling helder is gespecificeerd in de loonstroken van de werknemer. Wilt u deze constructie toepassen, dan adviseren wij u contact op te nemen met de ondernemersservice.

All-in loon: Vakantie-uren voor de tuinbranche
Het percentage is 10,63829 over het totale loon. Worden de betaalde vakantie-uren niet opgenomen vanwege de all-in afspraak, dan dient u dus het salaris te vermenigvuldigen met 0,1063829.

Uitgangspunt bij de berekening van het percentage vakantie-uren is een werkweek van 38 uur:

Totaal aantal vakantie-uren per jaar op basis van de cao = 185
37 uur x 52 weken =  1924 uur verloonbaar per jaar


Aangezien de vakantie-uren niet worden opgenomen, maar worden uitbetaald met het salaris, worden de vakantie-uren in mindering gebracht op de verloonbare uren op jaarbasis (Zodoende is het basissalaris van medeweker met en zonder all-in afspraak gelijk). De uitkomst wordt gedeeld op de vakantie-uren.

1924 – 185 = 1739
185 / 1739 = 0,1063829
Voor het berekenen van het percentage vermenigvuldigd u met 100 = 10,63829%


Over elk betaald uur wordt er 10,63829% aan vakantie-uren uitbetaald.
Voor de tuinbranche is het uitgangspunt een 1976 verloonbare uren en 190 vakantie-uren. De uitkomst resulteert in hetzelfde percentage.

Vakantiedagen bij einde dienstverband
Als het dienstverband eindigt dan worden de opgebouwde, niet-genoten vakantiedagen uitbetaald.

Bij de uitbetaling van vakantiedagen moet rekening worden gehouden met opbouw van vakantietoeslag en eventuele vaste vergoedingen. Het loonniveau op moment van uitdiensttreding is het uitgangspunt bij uitbetaling van de vakantiedagen. Gebruikelijk vindt de uitbetaling van de eindafrekening uiterlijk binnen een maand na het einde van het dienstverband plaats.

Delen
woensdag, 4 maart 2020
Delen